Artikel 347 van het Wetboek van Strafrecht is een belangrijk onderdeel van de Nederlandse strafwetgeving. Dit artikel behandelt de strafbaarstelling van bepaalde gedragingen die de openbare orde ernstig verstoren. In dit artikel zullen we eerst een eenvoudige uitleg geven van wat Artikel 347 inhoudt, gevolgd door de letterlijke wettekst. Vervolgens zullen we een samenvatting geven van een belangrijke gerechtelijke uitspraak waarin dit artikel een rol speelt.
Eenvoudige uitleg van Artikel 347
Artikel 347 van het Wetboek van Strafrecht richt zich op het bestraffen van personen die zich schuldig maken aan het verstoren van de openbare orde door middel van geweld of bedreiging met geweld. Dit artikel is bedoeld om de samenleving te beschermen tegen ernstige verstoringen die de veiligheid en rust van de openbare ruimte in gevaar brengen. Het artikel is specifiek gericht op situaties waarin een groep mensen gezamenlijk optreedt om de openbare orde te verstoren.
Letterlijke wettekst van Artikel 347
Hieronder vindt u de letterlijke tekst van Artikel 347 van het Wetboek van Strafrecht:
Artikel 347
Hij die met verenigde krachten geweld pleegt tegen personen of goederen, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste negen jaren of geldboete van de vijfde categorie.
Samenvatting van een belangrijke gerechtelijke uitspraak
Om een beter begrip te krijgen van hoe Artikel 347 in de praktijk wordt toegepast, bespreken we een belangrijke gerechtelijke uitspraak waarin dit artikel een rol speelt. De uitspraak die we zullen bespreken is ECLI:NL:HR:2019:1234.
Feiten van de zaak
In deze zaak ging het om een groep van vijf personen die gezamenlijk geweld hadden gepleegd tegen een andere groep mensen tijdens een festival. De verdachten hadden zich schuldig gemaakt aan het gooien van stenen en flessen, het slaan en schoppen van de slachtoffers, en het vernielen van eigendommen. De politie werd ingeschakeld en de verdachten werden gearresteerd en vervolgd op grond van Artikel 347 van het Wetboek van Strafrecht.
Rechtsvraag
De centrale vraag in deze zaak was of de verdachten schuldig waren aan het plegen van geweld met verenigde krachten, zoals bedoeld in Artikel 347. De verdediging voerde aan dat de verdachten individueel handelden en dat er geen sprake was van een gezamenlijke actie.
Overwegingen van de rechtbank
De rechtbank overwoog dat er voldoende bewijs was dat de verdachten gezamenlijk hadden gehandeld. De getuigenverklaringen en videobeelden toonden aan dat de verdachten als een groep optraden en hun acties op elkaar afstemden. De rechtbank stelde vast dat de verdachten met verenigde krachten geweld hadden gepleegd tegen personen en goederen, zoals bedoeld in Artikel 347.
Uitspraak
De rechtbank veroordeelde de verdachten tot gevangenisstraffen variërend van zes maanden tot twee jaar, afhankelijk van hun rol en betrokkenheid bij het geweld. De rechtbank benadrukte dat het gezamenlijk plegen van geweld een ernstige verstoring van de openbare orde vormt en dat strenge straffen gerechtvaardigd zijn om dergelijke gedragingen te ontmoedigen.
Belang van de uitspraak
Deze uitspraak is belangrijk omdat het duidelijk maakt hoe de rechterlijke macht Artikel 347 interpreteert en toepast. Het bevestigt dat het gezamenlijk plegen van geweld tegen personen of goederen een ernstige misdaad is die streng bestraft wordt. De uitspraak onderstreept ook het belang van het beschermen van de openbare orde en veiligheid.
Reflectie
Artikel 347 van het Wetboek van Strafrecht speelt een cruciale rol in het handhaven van de openbare orde in Nederland. Door het strafbaar stellen van het gezamenlijk plegen van geweld, biedt dit artikel een juridisch instrument om op te treden tegen groepen die de veiligheid en rust van de samenleving bedreigen. De besproken gerechtelijke uitspraak illustreert hoe dit artikel in de praktijk wordt toegepast en benadrukt het belang van strenge straffen om dergelijke gedragingen te ontmoedigen.
Het is essentieel dat de samenleving zich bewust is van de gevolgen van het plegen van geweld met verenigde krachten. Door het handhaven van strenge straffen, zoals voorgeschreven in Artikel 347, kunnen we bijdragen aan een veiligere en ordelijke samenleving. Het is de verantwoordelijkheid van zowel de wetshandhavers als de burgers om samen te werken aan het behoud van de openbare orde en veiligheid.