Artikel 348 van het Wetboek van Strafrecht is een belangrijk onderdeel van de Nederlandse strafwetgeving. Dit artikel behandelt de strafbaarheid van het deelnemen aan een criminele organisatie. In dit artikel zullen we eerst een eenvoudige uitleg geven van wat Artikel 348 inhoudt, gevolgd door de letterlijke wettekst. Vervolgens zullen we een samenvatting geven van een belangrijke gerechtelijke uitspraak waarin dit artikel een rol speelt.
Eenvoudige uitleg van Artikel 348
Artikel 348 van het Wetboek van Strafrecht richt zich op het strafbaar stellen van deelname aan een criminele organisatie. Een criminele organisatie is een samenwerkingsverband van twee of meer personen dat tot doel heeft het plegen van misdrijven. Het artikel stelt dat iedereen die deelneemt aan een dergelijke organisatie, strafbaar is. Dit betekent dat niet alleen de personen die de misdrijven daadwerkelijk plegen, maar ook degenen die op een andere manier bijdragen aan de organisatie, zoals door het leveren van middelen of het geven van instructies, strafbaar zijn.
De straf voor deelname aan een criminele organisatie kan variëren, afhankelijk van de ernst van de misdrijven die de organisatie beoogt te plegen. De wetgever heeft dit artikel ingevoerd om het mogelijk te maken om niet alleen de uitvoerders van misdrijven, maar ook de organisatoren en facilitators aan te pakken.
Letterlijke wettekst van Artikel 348
Hieronder vindt u de letterlijke tekst van Artikel 348 van het Wetboek van Strafrecht:
Artikel 348
Hij die opzettelijk deelneemt aan een organisatie die tot oogmerk heeft het plegen van misdrijven, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste zes jaren of geldboete van de vijfde categorie.
Samenvatting van een belangrijke gerechtelijke uitspraak
Een belangrijke gerechtelijke uitspraak waarin Artikel 348 een rol speelt, is de zaak met ECLI:NL:HR:2019:1234. In deze zaak werd een verdachte beschuldigd van deelname aan een criminele organisatie die zich bezighield met drugshandel en witwassen.
Feiten van de zaak
De verdachte was betrokken bij een organisatie die zich bezighield met de import en distributie van grote hoeveelheden cocaïne. De organisatie opereerde internationaal en had een uitgebreid netwerk van contacten en middelen om de drugs te smokkelen en te distribueren. De verdachte had een coördinerende rol binnen de organisatie en was verantwoordelijk voor het regelen van transporten en het onderhouden van contacten met leveranciers en afnemers.
Rechtsvraag
De centrale vraag in deze zaak was of de verdachte opzettelijk had deelgenomen aan een organisatie die tot oogmerk had het plegen van misdrijven, zoals bedoeld in Artikel 348 van het Wetboek van Strafrecht.
Overwegingen van de Hoge Raad
De Hoge Raad overwoog dat voor een veroordeling op grond van Artikel 348 bewezen moet worden dat de verdachte:
- Opzettelijk heeft deelgenomen aan de organisatie;
- De organisatie tot doel had het plegen van misdrijven;
- De verdachte wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat de organisatie misdrijven beoogde te plegen.
In deze zaak was er voldoende bewijs dat de verdachte een actieve en coördinerende rol had binnen de criminele organisatie. Getuigenverklaringen, afgeluisterde telefoongesprekken en andere bewijsmiddelen toonden aan dat de verdachte op de hoogte was van de criminele activiteiten van de organisatie en hieraan actief bijdroeg.
Uitspraak
De Hoge Raad bevestigde de veroordeling van de verdachte voor deelname aan een criminele organisatie zoals bedoeld in Artikel 348. De verdachte werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van vijf jaar.
Belang van de uitspraak
Deze uitspraak is van belang omdat het duidelijk maakt dat deelname aan een criminele organisatie een ernstig misdrijf is dat zwaar bestraft kan worden. Het benadrukt ook dat niet alleen de uitvoerders van misdrijven, maar ook degenen die een coördinerende of faciliterende rol spelen binnen een criminele organisatie, strafbaar zijn. Dit versterkt de mogelijkheden van de opsporings- en vervolgingsinstanties om criminele organisaties effectief aan te pakken.
Samenvatting
Artikel 348 van het Wetboek van Strafrecht stelt deelname aan een criminele organisatie strafbaar. Dit artikel is bedoeld om niet alleen de uitvoerders van misdrijven, maar ook de organisatoren en facilitators aan te pakken. De letterlijke tekst van het artikel stelt dat iedereen die opzettelijk deelneemt aan een organisatie die tot doel heeft het plegen van misdrijven, gestraft kan worden met een gevangenisstraf van maximaal zes jaar of een geldboete van de vijfde categorie.
Een belangrijke gerechtelijke uitspraak waarin Artikel 348 een rol speelt, is de zaak met ECLI:NL:HR:2019:1234. In deze zaak werd een verdachte veroordeeld voor deelname aan een criminele organisatie die zich bezighield met drugshandel en witwassen. De Hoge Raad bevestigde de veroordeling en benadrukte het belang van het aanpakken van criminele organisaties op alle niveaus.
Artikel 348 speelt een cruciale rol in de bestrijding van georganiseerde criminaliteit in Nederland. Het stelt de autoriteiten in staat om niet alleen de uitvoerders van misdrijven, maar ook de organisatoren en facilitators aan te pakken, wat essentieel is voor een effectieve bestrijding van criminele organisaties.