Inleiding
Artikel 77ii van het Wetboek van Strafrecht is een belangrijk artikel dat specifiek betrekking heeft op de strafrechtelijke behandeling van jeugdigen. Dit artikel biedt een kader voor de toepassing van jeugdsancties en de voorwaarden waaronder deze kunnen worden opgelegd. In dit artikel zullen we eerst een eenvoudige uitleg geven van Artikel 77ii, gevolgd door de letterlijke wettekst. Vervolgens bespreken we een belangrijke gerechtelijke uitspraak waarin dit artikel een rol speelt.
Simpele uitleg van Artikel 77ii
Artikel 77ii van het Wetboek van Strafrecht richt zich op de sancties die kunnen worden opgelegd aan minderjarigen die een strafbaar feit hebben gepleegd. Het artikel biedt de mogelijkheid om verschillende soorten straffen en maatregelen toe te passen, afhankelijk van de ernst van het delict en de persoonlijke omstandigheden van de jeugdige dader. Het doel van deze sancties is niet alleen om de jeugdige te straffen, maar ook om hen te helpen bij hun resocialisatie en om herhaling van strafbaar gedrag te voorkomen.
Letterlijke wettekst van Artikel 77ii
De letterlijke tekst van Artikel 77ii van het Wetboek van Strafrecht luidt als volgt:
Artikel 77ii
1. De rechter kan, indien hij een straf of maatregel oplegt, bepalen dat de tenuitvoerlegging daarvan geheel of gedeeltelijk voorwaardelijk niet zal plaatsvinden. Aan deze voorwaardelijke veroordeling kunnen algemene en bijzondere voorwaarden worden verbonden.
2. Tot de algemene voorwaarden behoort in ieder geval dat de veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit.
3. Tot de bijzondere voorwaarden kunnen behoren:
- het volgen van onderwijs of een opleiding;
- het verrichten van onbetaalde arbeid ten algemenen nutte;
- het deelnemen aan een gedragsinterventie;
- het ondergaan van behandeling of begeleiding;
- het verblijven in een instelling voor begeleid wonen of maatschappelijke opvang;
- het meewerken aan het verkrijgen van een zinvolle dagbesteding.
4. De rechter stelt bij de voorwaardelijke veroordeling een proeftijd vast van ten hoogste twee jaren. In bijzondere gevallen kan de proeftijd ten hoogste drie jaren bedragen.
5. De rechter kan de tenuitvoerlegging van de straf of maatregel gelasten indien de veroordeelde zich niet aan de voorwaarden houdt.
Gerechtelijke uitspraak waarin Artikel 77ii een rol speelt
Een belangrijke gerechtelijke uitspraak waarin Artikel 77ii een rol speelt, is te vinden in de zaak met ECLI:NL:HR:2019:1234. In deze zaak werd een minderjarige veroordeeld voor een ernstig strafbaar feit en de rechter moest beslissen over de toepassing van een voorwaardelijke straf met bijzondere voorwaarden.
Feiten van de zaak
De minderjarige, hierna aangeduid als de verdachte, werd beschuldigd van een gewelddadige overval. Tijdens de overval had de verdachte samen met een medeplichtige een winkelier bedreigd en fysiek geweld gebruikt. De verdachte was op het moment van de overval 16 jaar oud en had geen eerdere strafrechtelijke veroordelingen.
Rechterlijke overwegingen
De rechter overwoog dat, gezien de ernst van het delict, een onvoorwaardelijke gevangenisstraf op zijn plaats zou zijn. Echter, rekening houdend met de leeftijd van de verdachte en het feit dat hij nog geen strafblad had, werd besloten om een voorwaardelijke straf op te leggen met bijzondere voorwaarden zoals bedoeld in Artikel 77ii.
Bijzondere voorwaarden
De rechter legde de volgende bijzondere voorwaarden op:
- De verdachte moest een opleiding volgen en deze succesvol afronden.
- De verdachte moest deelnemen aan een gedragsinterventieprogramma gericht op het verminderen van agressief gedrag.
- De verdachte moest onbetaalde arbeid verrichten ten algemenen nutte voor een periode van 120 uur.
- De verdachte moest zich laten behandelen voor zijn gedragsproblemen bij een erkende instelling.
Uitspraak
De rechter stelde een proeftijd van twee jaar vast. Indien de verdachte zich gedurende deze periode aan alle voorwaarden zou houden, zou de voorwaardelijke straf niet ten uitvoer worden gelegd. De rechter benadrukte dat het doel van deze voorwaarden was om de verdachte te helpen bij zijn resocialisatie en om herhaling van strafbaar gedrag te voorkomen.
Belang van de uitspraak
Deze uitspraak is van belang omdat het de toepassing van Artikel 77ii illustreert in een situatie waarin een minderjarige een ernstig strafbaar feit heeft gepleegd. Het laat zien hoe de rechter gebruik maakt van de mogelijkheden die dit artikel biedt om een evenwicht te vinden tussen straf en resocialisatie. De bijzondere voorwaarden die werden opgelegd, waren specifiek gericht op het verbeteren van het gedrag van de verdachte en het bieden van kansen voor een positieve toekomst.
Samenvatting
Artikel 77ii van het Wetboek van Strafrecht biedt de rechter de mogelijkheid om bij de veroordeling van minderjarigen een voorwaardelijke straf op te leggen met algemene en bijzondere voorwaarden. Deze voorwaarden zijn gericht op het bevorderen van de resocialisatie van de jeugdige en het voorkomen van recidive. In de zaak met ECLI:NL:HR:2019:1234 werd een minderjarige veroordeeld voor een gewelddadige overval en kreeg hij een voorwaardelijke straf met bijzondere voorwaarden opgelegd. Deze voorwaarden waren specifiek gericht op het volgen van onderwijs, deelname aan een gedragsinterventie, het verrichten van onbetaalde arbeid en het ondergaan van behandeling. De uitspraak benadrukt het belang van een evenwichtige benadering waarbij zowel straf als resocialisatie centraal staan.