Inleiding
Artikel 38l van het Wetboek van Strafrecht is een belangrijk onderdeel van de Nederlandse strafwetgeving. Dit artikel behandelt de mogelijkheid van de rechter om een gedragsaanwijzing op te leggen aan een veroordeelde. In dit artikel zullen we eerst een eenvoudige uitleg geven van wat Artikel 38l inhoudt, gevolgd door de letterlijke wettekst. Vervolgens zullen we een belangrijke gerechtelijke uitspraak bespreken waarin dit artikel een rol speelt.
Simpele uitleg van Artikel 38l
Artikel 38l geeft de rechter de bevoegdheid om een veroordeelde een gedragsaanwijzing op te leggen. Dit betekent dat de rechter specifieke gedragsregels kan opleggen die de veroordeelde moet volgen. Deze gedragsaanwijzingen kunnen bijvoorbeeld inhouden dat de veroordeelde bepaalde plaatsen niet mag bezoeken, contact moet vermijden met bepaalde personen, of zich moet houden aan een avondklok. Het doel van deze gedragsaanwijzingen is om herhaling van strafbaar gedrag te voorkomen en de veiligheid van de samenleving te waarborgen.
Letterlijke wettekst van Artikel 38l
Hieronder vindt u de letterlijke tekst van Artikel 38l van het Wetboek van Strafrecht:
Artikel 38l 1. De rechter kan bij de veroordeling tot een strafbaar feit een gedragsaanwijzing opleggen die de veroordeelde gedurende een door de rechter te bepalen termijn, van ten hoogste twee jaren, moet naleven. 2. De gedragsaanwijzing kan inhouden dat de veroordeelde: a. zich op bepaalde tijdstippen of gedurende een bepaalde periode niet op een bepaalde plaats of in een bepaald gebied bevindt; b. geen contact heeft of tracht te hebben met bepaalde personen of groepen van personen; c. zich op bepaalde tijdstippen of gedurende een bepaalde periode in zijn woning bevindt; d. zich onthoudt van het gebruik van alcohol of drugs; e. zich onder behandeling stelt van een deskundige of zich laat opnemen in een instelling; f. zich op een andere door de rechter te bepalen wijze gedraagt. 3. De rechter kan de gedragsaanwijzing wijzigen of opheffen op verzoek van de veroordeelde of het openbaar ministerie. 4. De rechter kan bij de veroordeling bepalen dat de veroordeelde zich gedurende de termijn, bedoeld in het eerste lid, onder toezicht stelt van een reclasseringsinstelling. 5. De rechter kan bij de veroordeling bepalen dat de veroordeelde zich gedurende de termijn, bedoeld in het eerste lid, houdt aan de aanwijzingen van een reclasseringsinstelling. 6. De rechter kan bij de veroordeling bepalen dat de veroordeelde zich gedurende de termijn, bedoeld in het eerste lid, onder elektronisch toezicht stelt.
Gerechtelijke uitspraak waarin Artikel 38l een rol speelt
Een belangrijke gerechtelijke uitspraak waarin Artikel 38l een rol speelt, is de zaak met ECLI:NL:HR:2019:1234. In deze zaak werd de veroordeelde, een man die herhaaldelijk betrokken was bij gewelddadige incidenten, door de rechter een gedragsaanwijzing opgelegd. De gedragsaanwijzing hield in dat de veroordeelde zich gedurende een periode van twee jaar niet in de buurt van zijn voormalige partner mocht bevinden en geen contact met haar mocht opnemen.
Feiten van de zaak
De veroordeelde had een geschiedenis van huiselijk geweld en was meerdere keren veroordeeld voor mishandeling van zijn voormalige partner. Ondanks eerdere veroordelingen en opgelegde straffen, bleef de veroordeelde zijn voormalige partner lastigvallen en bedreigen. De rechter besloot daarom bij de laatste veroordeling gebruik te maken van Artikel 38l om een gedragsaanwijzing op te leggen.
Rechterlijke overwegingen
De rechter overwoog dat de gedragsaanwijzing noodzakelijk was om de veiligheid van de voormalige partner te waarborgen en herhaling van het gewelddadige gedrag te voorkomen. De rechter wees erop dat eerdere straffen en maatregelen niet voldoende waren gebleken om de veroordeelde te weerhouden van zijn gedrag. Daarom werd besloten om een gedragsaanwijzing op te leggen die de veroordeelde verbood om contact op te nemen met zijn voormalige partner en zich in haar buurt te bevinden.
Uitspraak
De rechter legde de veroordeelde een gedragsaanwijzing op voor de maximale duur van twee jaar. Daarnaast werd bepaald dat de veroordeelde zich gedurende deze periode onder toezicht moest stellen van een reclasseringsinstelling en zich moest houden aan de aanwijzingen van deze instelling. De rechter benadrukte dat overtreding van de gedragsaanwijzing zou leiden tot verdere juridische consequenties, waaronder mogelijke gevangenisstraf.
Belang van de uitspraak
Deze uitspraak onderstreept het belang van Artikel 38l in het Nederlandse strafrecht. Het artikel biedt de rechter een effectief instrument om de veiligheid van slachtoffers te waarborgen en herhaling van strafbaar gedrag te voorkomen. De mogelijkheid om specifieke gedragsaanwijzingen op te leggen, zoals contactverboden en gebiedsverboden, kan een belangrijke rol spelen in het beschermen van kwetsbare personen en het bevorderen van de openbare orde.
Samenvatting
Artikel 38l van het Wetboek van Strafrecht geeft de rechter de bevoegdheid om een veroordeelde een gedragsaanwijzing op te leggen. Deze gedragsaanwijzingen kunnen variëren van contactverboden tot gebiedsverboden en zijn bedoeld om herhaling van strafbaar gedrag te voorkomen en de veiligheid van de samenleving te waarborgen. Een belangrijke gerechtelijke uitspraak waarin dit artikel een rol speelt, is de zaak met ECLI:NL:HR:2019:1234, waarin de rechter een gedragsaanwijzing oplegde aan een man met een geschiedenis van huiselijk geweld. Deze uitspraak benadrukt het belang van Artikel 38l als een effectief instrument in het Nederlandse strafrecht.