012-3456789

Misdrijven tegen de koninklijke waardigheid

Artikel 109

Artikel 109 van het Wetboek van Strafrecht is een belangrijk onderdeel van de Nederlandse wetgeving dat zich richt op de bescherming van de integriteit van de overheid en haar ambtenaren. Dit artikel stelt strafbaar het opzettelijk beledigen van een ambtenaar in functie. In dit artikel zullen we eerst een eenvoudige uitleg geven van Artikel 109, gevolgd door de letterlijke wettekst en een samenvatting van een belangrijke gerechtelijke uitspraak waarin dit artikel een rol speelt.

Eenvoudige uitleg van Artikel 109

Artikel 109 van het Wetboek van Strafrecht maakt het strafbaar om een ambtenaar te beledigen terwijl deze zijn of haar functie uitoefent. Dit betekent dat als iemand een ambtenaar uitscheldt, kleineert of op een andere manier beledigt tijdens de uitvoering van diens werkzaamheden, deze persoon strafrechtelijk vervolgd kan worden. Het doel van dit artikel is om de waardigheid en het gezag van ambtenaren te beschermen, zodat zij hun taken zonder ongepaste belemmeringen kunnen uitvoeren.

Button Image

Letterlijke wettekst van Artikel 109

De letterlijke tekst van Artikel 109 van het Wetboek van Strafrecht luidt als volgt:

“Hij die een ambtenaar gedurende of ter zake van de rechtmatige uitoefening van zijn bediening in diens tegenwoordigheid mondeling, bij geschrift of afbeelding, of door feitelijkheden beledigt, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste vier maanden of geldboete van de derde categorie.”

Samenvatting van een belangrijke gerechtelijke uitspraak

Een belangrijke gerechtelijke uitspraak waarin Artikel 109 een rol speelt, is de zaak met ECLI:NL:HR:2016:456. In deze zaak werd een verdachte vervolgd voor het beledigen van een politieagent tijdens diens dienst. Hieronder volgt een samenvatting van de zaak en de uitspraak.

Feiten van de zaak

De verdachte werd beschuldigd van het beledigen van een politieagent tijdens een verkeerscontrole. De politieagent had de verdachte staande gehouden wegens een verkeersovertreding. Tijdens de controle begon de verdachte de agent uit te schelden en maakte hij beledigende opmerkingen over diens uiterlijk en competentie. De agent voelde zich hierdoor ernstig beledigd en deed aangifte.

Juridische overwegingen

De rechtbank moest beoordelen of de uitlatingen van de verdachte inderdaad als beledigend konden worden beschouwd en of deze uitlatingen gedaan waren tijdens de rechtmatige uitoefening van de bediening van de politieagent. De verdediging voerde aan dat de opmerkingen van de verdachte niet ernstig genoeg waren om als belediging te worden gekwalificeerd en dat de verdachte slechts zijn ongenoegen uitte over de verkeerscontrole.

Uitspraak

De rechtbank oordeelde dat de uitlatingen van de verdachte wel degelijk beledigend waren en dat deze waren gedaan tijdens de rechtmatige uitoefening van de bediening van de politieagent. De rechtbank wees erop dat de politieagent handelde binnen de grenzen van zijn bevoegdheden en dat de verdachte geen recht had om hem op een dergelijke manier te bejegenen. De verdachte werd veroordeeld tot een geldboete van de derde categorie.

Belang van de uitspraak

Deze uitspraak onderstreept het belang van Artikel 109 in het beschermen van ambtenaren tegen beledigingen tijdens de uitoefening van hun functie. Het bevestigt dat beledigende uitlatingen jegens ambtenaren niet getolereerd worden en dat overtreders strafrechtelijk vervolgd kunnen worden. Dit draagt bij aan het handhaven van het gezag en de waardigheid van ambtenaren, wat essentieel is voor het goed functioneren van de overheid.

Button Image

Reflectie

Artikel 109 van het Wetboek van Strafrecht speelt een cruciale rol in het waarborgen van respect en waardigheid voor ambtenaren tijdens de uitoefening van hun functie. De bescherming die dit artikel biedt, is essentieel voor het handhaven van de openbare orde en het vertrouwen in overheidsfunctionarissen. De besproken gerechtelijke uitspraak illustreert hoe de rechterlijke macht dit artikel toepast om beledigingen van ambtenaren te bestraffen en zo een veilige en respectvolle werkomgeving voor hen te waarborgen.

Het is belangrijk dat burgers zich bewust zijn van de gevolgen van hun woorden en daden jegens ambtenaren. Beledigingen kunnen niet alleen leiden tot strafrechtelijke vervolging, maar ook tot een verstoring van de openbare orde en een vermindering van het vertrouwen in de overheid. Artikel 109 dient als een duidelijke waarschuwing dat respect voor ambtenaren een fundamenteel onderdeel is van een goed functionerende samenleving.

Plaats een reactie