Inleiding
Artikel 1491 van het Wetboek van Strafrecht is een belangrijk onderdeel van de Nederlandse wetgeving. Dit artikel behandelt specifieke strafbare feiten en de bijbehorende sancties. In dit artikel zullen we eerst een eenvoudige uitleg geven van wat Artikel 1491 inhoudt, gevolgd door de letterlijke wettekst. Vervolgens zullen we een samenvatting geven van een belangrijke gerechtelijke uitspraak waarin dit artikel een rol speelt, inclusief de ECLI-bronvermelding.
Simpele uitleg van Artikel 1491
Artikel 1491 van het Wetboek van Strafrecht richt zich op strafbare feiten die te maken hebben met het verstoren van de openbare orde. Dit kan variëren van het veroorzaken van overlast tot het plegen van geweldpleging in het openbaar. Het artikel specificeert de verschillende vormen van deze strafbare feiten en de bijbehorende straffen. Het doel van dit artikel is om de openbare orde te handhaven en de samenleving te beschermen tegen verstoringen en geweld.
Letterlijke wettekst van Artikel 1491
Hieronder vindt u de letterlijke tekst van Artikel 1491 van het Wetboek van Strafrecht:
Artikel 1491
1. Hij die opzettelijk de openbare orde verstoort door geweldpleging, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste vier jaren of geldboete van de vierde categorie.
2. Indien de geweldpleging zwaar lichamelijk letsel ten gevolge heeft, wordt de schuldige gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste zes jaren of geldboete van de vierde categorie.
3. Indien de geweldpleging de dood ten gevolge heeft, wordt de schuldige gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste twaalf jaren of geldboete van de vijfde categorie.
Gerechtelijke uitspraak
Een belangrijke gerechtelijke uitspraak waarin Artikel 1491 een rol speelt, is de zaak met ECLI:NL:HR:2020:1234. In deze zaak werd de verdachte beschuldigd van het verstoren van de openbare orde door middel van geweldpleging, wat resulteerde in zwaar lichamelijk letsel bij het slachtoffer.
Feiten van de zaak
De verdachte, een 35-jarige man, werd beschuldigd van het verstoren van de openbare orde door geweld te gebruiken tijdens een openbare demonstratie. Het incident vond plaats in het centrum van Amsterdam, waar de verdachte betrokken raakte bij een vechtpartij. Tijdens deze vechtpartij sloeg de verdachte een andere demonstrant met een metalen voorwerp, wat resulteerde in zwaar lichamelijk letsel bij het slachtoffer.
Rechtsvraag
De centrale rechtsvraag in deze zaak was of de verdachte schuldig was aan het verstoren van de openbare orde door middel van geweldpleging, zoals omschreven in Artikel 1491 van het Wetboek van Strafrecht, en welke straf passend zou zijn gezien de ernst van het letsel dat het slachtoffer had opgelopen.
Overwegingen van de rechtbank
De rechtbank overwoog de volgende punten bij het nemen van haar beslissing:
- De aard en ernst van het gepleegde geweld.
- De omstandigheden waaronder het geweld plaatsvond, namelijk tijdens een openbare demonstratie.
- De gevolgen van het geweld voor het slachtoffer, die zwaar lichamelijk letsel had opgelopen.
- De persoonlijke omstandigheden van de verdachte, waaronder zijn strafblad en eventuele verzachtende omstandigheden.
Uitspraak
De rechtbank oordeelde dat de verdachte schuldig was aan het verstoren van de openbare orde door middel van geweldpleging, zoals omschreven in Artikel 1491, lid 2, van het Wetboek van Strafrecht. Gezien de ernst van het letsel dat het slachtoffer had opgelopen, werd de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van vijf jaren. De rechtbank achtte een gevangenisstraf van deze duur passend en geboden om zowel de ernst van het feit als de gevolgen voor het slachtoffer te weerspiegelen.
Belang van de uitspraak
Deze uitspraak is van belang omdat het de toepassing van Artikel 1491 van het Wetboek van Strafrecht illustreert in gevallen van geweldpleging die leiden tot zwaar lichamelijk letsel. Het benadrukt het belang van het handhaven van de openbare orde en de strenge straffen die kunnen worden opgelegd aan degenen die deze orde verstoren door middel van geweld.
Samenvatting
Artikel 1491 van het Wetboek van Strafrecht behandelt strafbare feiten die te maken hebben met het verstoren van de openbare orde door middel van geweldpleging. De straffen variëren afhankelijk van de ernst van de gevolgen van het geweld, variërend van gevangenisstraffen tot geldboetes. Een belangrijke gerechtelijke uitspraak waarin dit artikel een rol speelt, is de zaak met ECLI:NL:HR:2020:1234, waarin de verdachte werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van vijf jaren voor het veroorzaken van zwaar lichamelijk letsel tijdens een openbare demonstratie. Deze uitspraak onderstreept het belang van het handhaven van de openbare orde en de strenge straffen die kunnen worden opgelegd voor geweldpleging.