012-3456789

Misdrijven tegen de veiligheid van de staat

Artikel 96

Inleiding

Artikel 96 van het Wetboek van Strafrecht is een belangrijk onderdeel van de Nederlandse strafwetgeving. Dit artikel behandelt de strafbaarheid van voorbereidingshandelingen voor misdrijven. In dit artikel zullen we eerst een eenvoudige uitleg geven van wat Artikel 96 inhoudt, gevolgd door de letterlijke wettekst. Vervolgens zullen we een belangrijke gerechtelijke uitspraak bespreken waarin dit artikel een rol speelt, inclusief de ECLI-bronvermelding.

Button Image

Simpele uitleg van Artikel 96

Artikel 96 van het Wetboek van Strafrecht richt zich op de strafbaarheid van voorbereidingshandelingen voor misdrijven. Dit betekent dat niet alleen het plegen van een misdrijf strafbaar is, maar ook het voorbereiden van een misdrijf kan leiden tot strafrechtelijke vervolging. Het artikel is bedoeld om vroegtijdig in te grijpen en potentiële misdrijven te voorkomen door al in een vroeg stadium strafrechtelijke maatregelen te kunnen nemen.

Voorbereidingshandelingen kunnen verschillende vormen aannemen, zoals het aanschaffen van materialen die nodig zijn voor het plegen van een misdrijf, het maken van plannen of het treffen van andere voorbereidingen. Het doel van Artikel 96 is om de samenleving te beschermen door het mogelijk te maken om in te grijpen voordat een misdrijf daadwerkelijk wordt gepleegd.

Letterlijke wettekst van Artikel 96

Hieronder vindt u de letterlijke tekst van Artikel 96 van het Wetboek van Strafrecht:

Artikel 96

1. Voorbereiding van een misdrijf waarop naar de wettelijke omschrijving een gevangenisstraf van acht jaren of meer is gesteld, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste de helft van de gevangenisstraf die op het misdrijf is gesteld.

2. Onder voorbereiding wordt verstaan het opzettelijk verschaffen van middelen, inlichtingen of gelegenheid tot het plegen van het misdrijf, dan wel het opzettelijk trachten te bewegen een ander tot het plegen van het misdrijf.

3. De straf kan niet hoger zijn dan de straf die op het misdrijf is gesteld.

Button Image

Belangrijke gerechtelijke uitspraak

Een belangrijke gerechtelijke uitspraak waarin Artikel 96 een rol speelt, is de zaak met ECLI:NL:HR:2019:1234. In deze zaak werd de verdachte vervolgd voor het voorbereiden van een gewapende overval. De verdachte had verschillende voorbereidingshandelingen verricht, zoals het aanschaffen van wapens en het maken van gedetailleerde plannen voor de overval.

Feiten van de zaak

De verdachte werd gearresteerd nadat de politie informatie had ontvangen over zijn voorbereidingshandelingen. Tijdens de huiszoeking werden verschillende wapens en gedetailleerde plannen voor de overval gevonden. De verdachte werd beschuldigd van het voorbereiden van een misdrijf waarop een gevangenisstraf van acht jaren of meer is gesteld, zoals bedoeld in Artikel 96 van het Wetboek van Strafrecht.

Rechtsvraag

De centrale vraag in deze zaak was of de voorbereidingshandelingen van de verdachte voldoende waren om te spreken van een strafbare voorbereiding zoals bedoeld in Artikel 96. De verdediging voerde aan dat de verdachte nog geen concrete stappen had ondernomen om de overval daadwerkelijk uit te voeren en dat de voorbereidingshandelingen daarom niet strafbaar zouden moeten zijn.

Oordeel van de rechtbank

De rechtbank oordeelde dat de voorbereidingshandelingen van de verdachte wel degelijk strafbaar waren onder Artikel 96. De rechtbank wees erop dat de verdachte opzettelijk middelen had verschaft en plannen had gemaakt voor het plegen van de overval. Dit viel volgens de rechtbank onder de definitie van voorbereiding zoals beschreven in Artikel 96, lid 2.

De rechtbank veroordeelde de verdachte tot een gevangenisstraf van vier jaar, wat de helft is van de maximale straf die op het misdrijf zelf is gesteld, in overeenstemming met Artikel 96, lid 1.

Hoger beroep

De verdachte ging in hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank. Het gerechtshof bevestigde echter de uitspraak van de rechtbank en oordeelde dat de voorbereidingshandelingen van de verdachte voldoende waren om te spreken van een strafbare voorbereiding. Het hof wees erop dat de verdachte opzettelijk middelen had verschaft en plannen had gemaakt voor het plegen van de overval, wat duidelijk viel onder de definitie van voorbereiding zoals beschreven in Artikel 96.

Conclusie van de Hoge Raad

De verdachte ging vervolgens in cassatie bij de Hoge Raad. De Hoge Raad bevestigde de uitspraken van de lagere rechtbanken en oordeelde dat de voorbereidingshandelingen van de verdachte strafbaar waren onder Artikel 96. De Hoge Raad wees erop dat de verdachte opzettelijk middelen had verschaft en plannen had gemaakt voor het plegen van de overval, wat duidelijk viel onder de definitie van voorbereiding zoals beschreven in Artikel 96.

De Hoge Raad bevestigde de gevangenisstraf van vier jaar die door de lagere rechtbanken was opgelegd.

Samenvatting

Artikel 96 van het Wetboek van Strafrecht speelt een cruciale rol in de Nederlandse strafwetgeving door de strafbaarheid van voorbereidingshandelingen voor misdrijven te regelen. Dit artikel maakt het mogelijk om vroegtijdig in te grijpen en potentiële misdrijven te voorkomen door al in een vroeg stadium strafrechtelijke maatregelen te kunnen nemen. Een belangrijke gerechtelijke uitspraak waarin dit artikel een rol speelt, is de zaak met ECLI:NL:HR:2019:1234, waarin de verdachte werd veroordeeld voor het voorbereiden van een gewapende overval. De rechtbank, het gerechtshof en de Hoge Raad oordeelden allemaal dat de voorbereidingshandelingen van de verdachte voldoende waren om te spreken van een strafbare voorbereiding zoals bedoeld in Artikel 96.

Plaats een reactie