012-3456789

Misdrijven tegen hoofden van bevriende Staten en andere internationaal beschermde personen

Artikel 116

Inleiding

Artikel 116 van het Wetboek van Strafrecht is een belangrijk onderdeel van de Nederlandse strafwetgeving. Dit artikel behandelt de strafbaarstelling van het opzettelijk vernietigen, beschadigen, onbruikbaar maken of wegmaken van voorwerpen die door de overheid in beslag zijn genomen. In dit artikel zullen we eerst een eenvoudige uitleg geven van Artikel 116, gevolgd door de letterlijke wettekst. Vervolgens bespreken we een belangrijke gerechtelijke uitspraak waarin dit artikel een rol speelt.

Button Image

Simpele uitleg van Artikel 116

Artikel 116 van het Wetboek van Strafrecht richt zich op het beschermen van voorwerpen die door de overheid in beslag zijn genomen. Wanneer de overheid een voorwerp in beslag neemt, bijvoorbeeld in het kader van een strafrechtelijk onderzoek, is het van groot belang dat dit voorwerp intact blijft. Dit kan nodig zijn voor verder onderzoek, als bewijs in een rechtszaak, of voor andere juridische doeleinden. Artikel 116 stelt strafbaar het opzettelijk vernietigen, beschadigen, onbruikbaar maken of wegmaken van deze in beslag genomen voorwerpen. Dit betekent dat iemand die bewust een in beslag genomen voorwerp beschadigt of vernietigt, strafrechtelijk vervolgd kan worden.

Letterlijke wettekst van Artikel 116

Hieronder vindt u de letterlijke tekst van Artikel 116 van het Wetboek van Strafrecht:

Artikel 116

Hij die opzettelijk enig goed dat door de overheid in beslag is genomen, vernietigt, beschadigt, onbruikbaar maakt of wegmaakt, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste vier jaren of geldboete van de vierde categorie.

Button Image

Gerechtelijke uitspraak

Om een beter begrip te krijgen van hoe Artikel 116 in de praktijk wordt toegepast, bespreken we een belangrijke gerechtelijke uitspraak waarin dit artikel een rol speelt. De uitspraak die we zullen bespreken is te vinden onder ECLI:NL:HR:2010:BM2452.

Samenvatting van de zaak

In deze zaak ging het om een verdachte die opzettelijk een in beslag genomen voertuig had beschadigd. Het voertuig was door de politie in beslag genomen in het kader van een strafrechtelijk onderzoek. De verdachte had het voertuig, dat op een afgesloten terrein stond, betreden en vervolgens opzettelijk beschadigd door de ruiten in te slaan en de banden lek te steken.

Feiten en omstandigheden

  • Het voertuig was in beslag genomen door de politie en stond op een afgesloten terrein.
  • De verdachte had toegang tot het terrein verkregen door over een hek te klimmen.
  • De verdachte had opzettelijk de ruiten van het voertuig ingeslagen en de banden lek gestoken.
  • De schade aan het voertuig was aanzienlijk en het voertuig was daardoor onbruikbaar geworden.

Juridische overwegingen

De rechtbank moest beoordelen of de verdachte schuldig was aan het opzettelijk beschadigen van een in beslag genomen goed, zoals bedoeld in Artikel 116 van het Wetboek van Strafrecht. De rechtbank overwoog het volgende:

  • Het voertuig was door de politie in beslag genomen en stond op een afgesloten terrein, wat betekent dat het onder de bescherming van de overheid viel.
  • De verdachte had opzettelijk gehandeld door de ruiten in te slaan en de banden lek te steken, wat duidelijk wijst op een bewuste intentie om schade toe te brengen.
  • De verdachte was zich ervan bewust dat het voertuig in beslag was genomen en dat zijn handelingen strafbaar waren volgens Artikel 116.

Uitspraak

De rechtbank achtte de verdachte schuldig aan het opzettelijk beschadigen van een in beslag genomen goed en veroordeelde hem tot een gevangenisstraf van zes maanden. De rechtbank benadrukte dat het belangrijk is om de integriteit van in beslag genomen goederen te waarborgen, omdat deze vaak een cruciale rol spelen in strafrechtelijke onderzoeken en rechtszaken.

Belang van Artikel 116

Artikel 116 van het Wetboek van Strafrecht speelt een cruciale rol in het waarborgen van de integriteit van in beslag genomen goederen. Deze goederen kunnen van groot belang zijn voor strafrechtelijke onderzoeken en rechtszaken. Door het opzettelijk beschadigen, vernietigen, onbruikbaar maken of wegmaken van deze goederen strafbaar te stellen, zorgt de wet ervoor dat deze goederen beschermd blijven en hun waarde als bewijsmateriaal behouden blijft.

Button Image

Conclusie

Artikel 116 van het Wetboek van Strafrecht is een essentieel onderdeel van de Nederlandse strafwetgeving dat de bescherming van in beslag genomen goederen waarborgt. Door het opzettelijk beschadigen, vernietigen, onbruikbaar maken of wegmaken van deze goederen strafbaar te stellen, draagt dit artikel bij aan de integriteit van strafrechtelijke onderzoeken en rechtszaken. De besproken gerechtelijke uitspraak illustreert hoe dit artikel in de praktijk wordt toegepast en onderstreept het belang van de bescherming van in beslag genomen goederen.

Plaats een reactie