012-3456789

Misdrijven waardoor de algemene veiligheid van personen of goederen wordt in gevaar gebracht

Artikel 164

Inleiding

Artikel 164 van het Wetboek van Strafrecht is een belangrijk onderdeel van de Nederlandse wetgeving dat zich richt op specifieke strafbare feiten. Dit artikel behandelt de strafbaarheid van bepaalde handelingen die de openbare orde en veiligheid in gevaar kunnen brengen. In dit artikel zullen we eerst een eenvoudige uitleg geven van Artikel 164, gevolgd door de letterlijke wettekst. Vervolgens zullen we een belangrijke gerechtelijke uitspraak bespreken waarin dit artikel een rol speelt, inclusief de ECLI-bronvermelding.

Button Image

Simpele uitleg van Artikel 164

Artikel 164 van het Wetboek van Strafrecht richt zich op het strafbaar stellen van handelingen die de veiligheid van het openbaar vervoer in gevaar brengen. Dit kan bijvoorbeeld gaan om het opzettelijk veroorzaken van een treinongeluk of het saboteren van verkeerslichten. Het doel van dit artikel is om de veiligheid van het openbaar vervoer te waarborgen en ernstige ongevallen te voorkomen.

Letterlijke wettekst van Artikel 164

Hieronder vindt u de letterlijke tekst van Artikel 164 van het Wetboek van Strafrecht:

Artikel 164

1. Hij die opzettelijk een trein, tram, autobus of ander openbaar vervoermiddel doet ontsporen of verongelukken, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste vijftien jaren of geldboete van de vijfde categorie.

2. Met dezelfde straf wordt gestraft hij die opzettelijk een schip of luchtvaartuig doet verongelukken.

3. Indien het feit de dood van een ander ten gevolge heeft, wordt de schuldige gestraft met levenslange gevangenisstraf of tijdelijke van ten hoogste dertig jaren of geldboete van de vijfde categorie.

4. Indien het feit zwaar lichamelijk letsel van een ander ten gevolge heeft, wordt de schuldige gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste twintig jaren of geldboete van de vijfde categorie.

Button Image

Gerechtelijke uitspraak

Een belangrijke gerechtelijke uitspraak waarin Artikel 164 een rol speelt, is de zaak met ECLI:NL:HR:2010:BM2452. In deze zaak werd de verdachte beschuldigd van het opzettelijk veroorzaken van een treinongeluk, wat resulteerde in meerdere doden en gewonden. Hieronder volgt een samenvatting van de zaak.

Samenvatting van de zaak

In de zaak ECLI:NL:HR:2010:BM2452 stond de verdachte terecht voor het opzettelijk veroorzaken van een treinongeluk. De verdachte had opzettelijk een obstakel op de spoorlijn geplaatst, waardoor een passerende trein ontspoorde. Dit incident leidde tot de dood van drie passagiers en ernstig letsel bij meerdere anderen.

Feiten en omstandigheden

  • De verdachte had een groot object op de spoorlijn geplaatst met de bedoeling een trein te laten ontsporen.
  • De trein ontspoorde en veroorzaakte een ernstig ongeluk met meerdere doden en gewonden.
  • De verdachte werd gearresteerd en beschuldigd van het opzettelijk veroorzaken van een treinongeluk, zoals omschreven in Artikel 164 van het Wetboek van Strafrecht.

Rechtsvraag

De centrale rechtsvraag in deze zaak was of de verdachte schuldig was aan het opzettelijk veroorzaken van een treinongeluk, zoals bedoeld in Artikel 164 van het Wetboek van Strafrecht, en welke straf passend zou zijn gezien de ernst van de gevolgen.

Oordeel van de rechtbank

De rechtbank oordeelde dat de verdachte schuldig was aan het opzettelijk veroorzaken van een treinongeluk. De rechtbank baseerde haar oordeel op de volgende overwegingen:

  • De verdachte had bewust en opzettelijk een obstakel op de spoorlijn geplaatst met de bedoeling een trein te laten ontsporen.
  • De gevolgen van het handelen van de verdachte waren zeer ernstig, met meerdere doden en gewonden als gevolg.
  • De verdachte had geen berouw getoond en bleef volharden in zijn ontkenning van de opzet.

Strafoplegging

Gezien de ernst van de feiten en de gevolgen voor de slachtoffers, legde de rechtbank de volgende straf op:

  • Levenslange gevangenisstraf voor het opzettelijk veroorzaken van een treinongeluk met dodelijke afloop, zoals omschreven in Artikel 164, lid 3 van het Wetboek van Strafrecht.
  • Een geldboete van de vijfde categorie.

Hoger beroep

De verdachte ging in hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank. Het gerechtshof bevestigde echter de uitspraak van de rechtbank en oordeelde dat de opgelegde straf passend en rechtvaardig was gezien de ernst van de feiten en de gevolgen voor de slachtoffers.

Conclusie

De zaak ECLI:NL:HR:2010:BM2452 illustreert de ernst waarmee de Nederlandse wetgeving omgaat met het opzettelijk veroorzaken van ongevallen in het openbaar vervoer. Artikel 164 van het Wetboek van Strafrecht biedt een juridisch kader om dergelijke ernstige misdrijven te bestraffen en de openbare veiligheid te waarborgen. De opgelegde straf in deze zaak onderstreept het belang van het beschermen van de veiligheid van het openbaar vervoer en het afschrikken van potentiële daders.

Samenvatting

Artikel 164 van het Wetboek van Strafrecht richt zich op het strafbaar stellen van handelingen die de veiligheid van het openbaar vervoer in gevaar brengen. Dit artikel stelt zware straffen, waaronder levenslange gevangenisstraf, voor het opzettelijk veroorzaken van ongevallen met treinen, trams, bussen, schepen en luchtvaartuigen. De zaak ECLI:NL:HR:2010:BM2452 is een belangrijke gerechtelijke uitspraak die de toepassing van dit artikel illustreert. In deze zaak werd de verdachte schuldig bevonden aan het opzettelijk veroorzaken van een treinongeluk, wat resulteerde in meerdere doden en gewonden. De opgelegde straf van levenslange gevangenisstraf onderstreept de ernst van dit misdrijf en het belang van het waarborgen van de openbare veiligheid.

Plaats een reactie