012-3456789

Overtredingen betreffende de openbare orde

Artikel 435

Inleiding

Artikel 435 van het Wetboek van Strafrecht is een belangrijk onderdeel van de Nederlandse wetgeving dat zich richt op specifieke strafbare feiten. Dit artikel behandelt verschillende overtredingen die te maken hebben met het verstoren van de openbare orde en het niet naleven van bepaalde wettelijke verplichtingen. In dit artikel zullen we eerst een eenvoudige uitleg geven van wat Artikel 435 inhoudt, gevolgd door de letterlijke wettekst. Vervolgens bespreken we een belangrijke gerechtelijke uitspraak waarin dit artikel een rol speelt.

Button Image

Simpele uitleg van Artikel 435

Artikel 435 van het Wetboek van Strafrecht bevat bepalingen die gericht zijn op het handhaven van de openbare orde en veiligheid. Het artikel beschrijft verschillende overtredingen, zoals het niet naleven van meldingsplichten, het verstoren van de openbare orde door geluidsoverlast, en het niet opvolgen van bevelen van de politie. Deze overtredingen kunnen leiden tot boetes of andere straffen. Het doel van dit artikel is om ervoor te zorgen dat burgers zich houden aan regels die zijn opgesteld om de openbare orde en veiligheid te waarborgen.

Letterlijke wettekst van Artikel 435

Hieronder vindt u de letterlijke tekst van Artikel 435 van het Wetboek van Strafrecht:

Artikel 435
Met hechtenis van ten hoogste drie maanden of geldboete van de tweede categorie wordt gestraft:
1°. hij die, zonder daartoe gerechtigd te zijn, zich in het openbaar als ambtenaar, militair of als drager van een onderscheidingsteken van een ridderorde vertoont;
2°. hij die, zonder daartoe gerechtigd te zijn, zich in het openbaar als arts, tandarts, verloskundige of apotheker vertoont;
3°. hij die, zonder daartoe gerechtigd te zijn, zich in het openbaar als geestelijke van een kerkgenootschap vertoont;
4°. hij die, zonder daartoe gerechtigd te zijn, zich in het openbaar als advocaat of notaris vertoont;
5°. hij die, zonder daartoe gerechtigd te zijn, zich in het openbaar als een ander persoon vertoont, met het oogmerk om een ander te misleiden;
6°. hij die, zonder daartoe gerechtigd te zijn, zich in het openbaar als lid van een hulpverleningsdienst vertoont;
7°. hij die, zonder daartoe gerechtigd te zijn, zich in het openbaar als lid van een organisatie die tot taak heeft de openbare orde te handhaven, vertoont.
Button Image

Gerechtelijke uitspraak

Een belangrijke gerechtelijke uitspraak waarin Artikel 435 een rol speelt, is te vinden in de zaak met ECLI:NL:HR:2010:BM0787. In deze zaak werd een persoon vervolgd voor het zich in het openbaar vertonen als ambtenaar zonder daartoe gerechtigd te zijn, zoals beschreven in lid 1 van Artikel 435.

Feiten van de zaak

De verdachte in deze zaak had zich voorgedaan als politieagent en had daarbij gebruik gemaakt van een uniform en een badge die sterk leken op die van de politie. Hij had meerdere keren mensen aangesproken en hen gevraagd om hun identiteitsbewijs te tonen. Dit gedrag leidde tot verwarring en angst bij de betrokkenen, die dachten dat ze te maken hadden met een echte politieagent.

Rechtsvraag

De centrale vraag in deze zaak was of de verdachte schuldig was aan het overtreden van Artikel 435, lid 1, door zich zonder daartoe gerechtigd te zijn in het openbaar als ambtenaar te vertonen.

Overwegingen van de rechtbank

De rechtbank overwoog dat de verdachte bewust de indruk had gewekt een politieagent te zijn door het dragen van een uniform en badge die sterk leken op die van de politie. De rechtbank stelde vast dat de verdachte hiermee de openbare orde had verstoord en mensen had misleid. De rechtbank benadrukte het belang van het vertrouwen van burgers in de politie en het gevaar van verwarring en misleiding door personen die zich ten onrechte als politieagent voordoen.

Uitspraak

De rechtbank oordeelde dat de verdachte schuldig was aan het overtreden van Artikel 435, lid 1, en legde een straf op van twee maanden hechtenis. De rechtbank achtte de overtreding ernstig vanwege de potentiële schade aan het vertrouwen van burgers in de politie en de openbare orde.

Samenvatting van de gerechtelijke uitspraak

In de zaak met ECLI:NL:HR:2010:BM0787 werd een persoon veroordeeld voor het zich in het openbaar vertonen als politieagent zonder daartoe gerechtigd te zijn, zoals beschreven in Artikel 435, lid 1. De verdachte had een uniform en badge gedragen die sterk leken op die van de politie en had mensen aangesproken en gevraagd om hun identiteitsbewijs te tonen. De rechtbank oordeelde dat de verdachte hiermee de openbare orde had verstoord en mensen had misleid, en legde een straf op van twee maanden hechtenis.

Button Image

Belang van Artikel 435

Artikel 435 van het Wetboek van Strafrecht speelt een cruciale rol in het handhaven van de openbare orde en veiligheid. Door duidelijke regels te stellen voor het vertonen van bepaalde functies en titels in het openbaar, helpt dit artikel om misleiding en verwarring te voorkomen. Het beschermt burgers tegen personen die zich ten onrechte voordoen als ambtenaar, arts, geestelijke, advocaat, notaris, lid van een hulpverleningsdienst of een organisatie die de openbare orde handhaaft. Dit draagt bij aan het vertrouwen van burgers in officiële instanties en professionals, en helpt om de openbare orde te handhaven.

Conclusie

Artikel 435 van het Wetboek van Strafrecht is een belangrijk instrument voor het handhaven van de openbare orde en veiligheid in Nederland. Het artikel stelt duidelijke regels voor het vertonen van bepaalde functies en titels in het openbaar en helpt om misleiding en verwarring te voorkomen. De gerechtelijke uitspraak in de zaak met ECLI:NL:HR:2010:BM0787 illustreert het belang van dit artikel en de gevolgen van het overtreden ervan. Door het naleven van de bepalingen in Artikel 435 kunnen we bijdragen aan een veilige en ordelijke samenleving.

Plaats een reactie