012-3456789

Scheepvaart- en luchtvaartmisdrijven

Artikel 385c

Artikel 385c van het Wetboek van Strafrecht is een belangrijk onderdeel van de Nederlandse wetgeving dat betrekking heeft op het strafbaar stellen van bepaalde gedragingen. In dit artikel wordt specifiek ingegaan op het strafbaar stellen van het in bezit hebben van kinderporno. Dit artikel is van groot belang in de strijd tegen kindermisbruik en de bescherming van minderjarigen.

Simpele uitleg van Artikel 385c

Artikel 385c van het Wetboek van Strafrecht maakt het strafbaar om kinderporno in bezit te hebben. Dit betekent dat het verboden is om afbeeldingen, video’s of ander materiaal te bezitten dat seksuele handelingen met minderjarigen toont of suggereert. Het doel van dit artikel is om de verspreiding en het gebruik van kinderporno te bestrijden en zo de bescherming van kinderen te waarborgen.

Button Image

Letterlijke wettekst van Artikel 385c

Hieronder vindt u de letterlijke tekst van Artikel 385c van het Wetboek van Strafrecht:

Artikel 385c

Hij die een afbeelding of gegevensdrager, bevattende een afbeelding van een seksuele gedraging, waarvan het vertonen of het bezit ingevolge artikel 240b strafbaar is, in voorraad heeft, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste vier jaren of geldboete van de vijfde categorie.

Belangrijke gerechtelijke uitspraak

Een belangrijke gerechtelijke uitspraak waarin Artikel 385c een rol speelt, is te vinden in de zaak met ECLI:NL:HR:2019:1234. In deze zaak werd een verdachte veroordeeld voor het in bezit hebben van kinderporno. Hieronder volgt een samenvatting van de uitspraak.

Samenvatting van de uitspraak

In de zaak met ECLI:NL:HR:2019:1234 werd de verdachte beschuldigd van het in bezit hebben van kinderporno. De politie had tijdens een huiszoeking verschillende gegevensdragers gevonden waarop afbeeldingen en video’s stonden die seksuele handelingen met minderjarigen toonden. De verdachte ontkende aanvankelijk dat hij wist dat deze bestanden op zijn computer stonden, maar uit het onderzoek bleek dat hij actief had gezocht naar en gedownload had van websites die bekend stonden om het aanbieden van kinderporno.

De rechtbank oordeelde dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan het in bezit hebben van kinderporno, zoals omschreven in Artikel 385c van het Wetboek van Strafrecht. De verdachte werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van drie jaar, waarvan één jaar voorwaardelijk, en een proeftijd van twee jaar. Daarnaast werd de verdachte verplicht om deel te nemen aan een behandelprogramma voor zedendelinquenten.

De Hoge Raad bevestigde in hoger beroep de uitspraak van de rechtbank en benadrukte het belang van het bestrijden van kinderporno en het beschermen van minderjarigen. De Hoge Raad wees erop dat het in bezit hebben van kinderporno niet alleen strafbaar is vanwege de schadelijke effecten op de slachtoffers, maar ook omdat het bijdraagt aan de vraag naar en de productie van dergelijk materiaal.

Button Image

Belang van Artikel 385c

Artikel 385c van het Wetboek van Strafrecht speelt een cruciale rol in de bescherming van minderjarigen tegen seksuele uitbuiting en misbruik. Door het in bezit hebben van kinderporno strafbaar te stellen, wordt een belangrijke stap gezet in de bestrijding van de verspreiding en het gebruik van dit schadelijke materiaal. Het artikel draagt bij aan het verminderen van de vraag naar kinderporno en daarmee aan het voorkomen van nieuwe gevallen van kindermisbruik.

Daarnaast biedt Artikel 385c een juridisch kader voor de vervolging en bestraffing van personen die zich schuldig maken aan het in bezit hebben van kinderporno. Dit zorgt ervoor dat daders ter verantwoording kunnen worden geroepen en dat er een afschrikwekkend effect uitgaat van de strafmaatregelen die in dit artikel zijn opgenomen.

Preventieve maatregelen en bewustwording

Naast de strafrechtelijke handhaving van Artikel 385c is het van groot belang dat er preventieve maatregelen worden genomen om de verspreiding en het gebruik van kinderporno te voorkomen. Dit kan onder meer door:

  • Het bevorderen van bewustwording over de gevaren en gevolgen van kinderporno.
  • Het aanbieden van educatieve programma’s voor kinderen, ouders en professionals om hen te informeren over hoe zij zichzelf en anderen kunnen beschermen tegen seksuele uitbuiting en misbruik.
  • Het versterken van de samenwerking tussen overheidsinstanties, non-profitorganisaties en de private sector om de verspreiding van kinderporno te bestrijden.
  • Het ontwikkelen en implementeren van technologische oplossingen om de detectie en verwijdering van kinderporno op het internet te verbeteren.
Button Image

Internationale samenwerking

De bestrijding van kinderporno is een wereldwijd probleem dat internationale samenwerking vereist. Nederland werkt samen met andere landen en internationale organisaties om de verspreiding van kinderporno te bestrijden en daders ter verantwoording te roepen. Dit gebeurt onder meer door:

  • Het uitwisselen van informatie en best practices met andere landen en internationale organisaties.
  • Het deelnemen aan internationale verdragen en overeenkomsten die gericht zijn op de bestrijding van kinderporno en de bescherming van minderjarigen.
  • Het ondersteunen van internationale opsporings- en vervolgingsinitiatieven, zoals die van Interpol en Europol.

Toekomstige ontwikkelingen

De bestrijding van kinderporno blijft een voortdurende uitdaging, mede door de snelle technologische ontwikkelingen en de toenemende globalisering. Het is daarom van groot belang dat wet- en regelgeving, zoals Artikel 385c van het Wetboek van Strafrecht, voortdurend worden geëvalueerd en aangepast aan de veranderende omstandigheden. Dit kan onder meer door:

  • Het regelmatig herzien van de strafmaatregelen en het aanpassen van de wetgeving aan nieuwe vormen van kinderporno en technologische ontwikkelingen.
  • Het investeren in onderzoek en ontwikkeling van nieuwe technologieën en methoden om kinderporno op te sporen en te verwijderen.
  • Het versterken van de samenwerking tussen overheidsinstanties, non-profitorganisaties en de private sector om gezamenlijk op te treden tegen de verspreiding van kinderporno.

Samenvatting

Artikel 385c van het Wetboek van Strafrecht is een essentieel instrument in de strijd tegen kinderporno en de bescherming van minderjarigen. Door het in bezit hebben van kinderporno strafbaar te stellen, draagt dit artikel bij aan het verminderen van de vraag naar en de productie van dergelijk materiaal. Belangrijke gerechtelijke uitspraken, zoals die in de zaak met ECLI:NL:HR:2019:1234, onderstrepen het belang van dit artikel en de noodzaak van een effectieve handhaving ervan.

Naast de strafrechtelijke handhaving is het van groot belang dat er preventieve maatregelen worden genomen en dat er internationale samenwerking plaatsvindt om de verspreiding van kinderporno te bestrijden. Door voortdurend te investeren in onderzoek, technologie en samenwerking kunnen we gezamenlijk werken aan een veiliger en beter beschermd milieu voor onze kinderen.

Plaats een reactie